Bpm-aanpassing: auto’s en campers toch niet duurder

Aanpassing bpm zou flink geld kosten

De prijsverhoging leek een onbedoeld neveneffect te worden van een vereenvoudiging van het belastingsysteem. Hierdoor zou er over de te betalen bpm ook nog eens btw worden geheven. Een gemiddelde benzineauto zou zo 1000 euro meer gaan kosten. Voor een gemiddelde dieselauto zou dat al 2000 euro zijn. En voor een camper ging het zelfs richting de 10.000 euro en meer. De Bovag en VVD-Kamerlid Lodders trokken hierover aan de bel. Staatssecretaris Hans Vijlbrief van Financiën heeft inmiddels toegezegd dat deze onbedoelde prijsverhoging van de baan is.

De Belastingdienst wil het moment van het bepalen en het betalen van de bpm dichter naar elkaar toe brengen. Nu ligt dat nog maanden uiteen en dat zorgt voor veel werk. De aanpassing had echter een vervelende consequentie. De consument zou 21% btw moeten gaan betalen over het bpm-bedrag. Een forse prijsverhoging, dus. Die is nu van de baan. Vijlbrief liet in antwoord op gestelde vragen weten dat er ook in de toekomst geen btw over de te betalen bpm wordt berekend. De NKC is blij met deze toelichting. “We konden ons al niet voorstellen dat een technische aanpassing van de belastingwetgeving zou leiden tot duizenden euro’s nadeel voor camperaars die een geïmporteerde camper willen kopen. Fijn dat de staatssecretaris hier klip en klaar over is”, zegt NKC-directeur Stan Stolwerk. Het niet doorgaan van deze prijsverhoging is natuurlijk goed nieuws. Zeker in een tijd waarop de nieuwe campers en caravans niet aan te slepen zijn. Lees het artikel hier.